Toen Jolien Janzing zeven was, tikte ze haar eerste verhaal op de schrijfmachine van haar moeder. Sindsdien is ze niet gestopt met het vertellen van verhalen. Haar historische romans verschenen in verschillende talen. ‘Atta’ is haar eerste kinderboek. Tijd om haar beter te leren kennen. Lees je mee?
Hoe ben je met schrijven begonnen?
Ik was een jaar of zeven toen ik de plastic typemachine van mijn mama kreeg. En ik tikte meteen een verhaal over een beertje dat verkouden was en niet naar school mocht. Ik heb het trouwens nog. De tekeningen maakte ik ook zelf. Een jaar of twee later schreef ik regelmatig een grappig gedicht voor een kinderkrant. Schrijven bleek ik meteen goed te kunnen, maar de tekeningen waren maar gewoontjes. Ik ben dus heel blij dat Linde Faas de illustraties bij ‘Atta’ heeft gemaakt! Tijd om haar beter te leren kennen.
Wilde je altijd al schrijver worden?
Ik wilde archeoloog worden én filmster én zangeres én buitenlandreporter. Maar in de eerste plaats en altijd schrijver. Eigenlijk wilde ik dat niet worden, dat was ik gewoon al toen ik werd geboren. Mijn mama vertelde dat ik met een potlood in mijn vuistje ben geboren en al meteen om een bloknoot vroeg. Grapje!
Wat vind je leuk aan het schrijven?
Het fantaseren. Ik heb een hele levendige fantasie. Weet je trouwens dat fantasie een spier is? Je kunt hem sterker maken, net zoals de biceps in je bovenarm. Stel dat je ergens zit te wachten en je verveelt, nou dan ga je fantaseren. Je doet je ogen dicht en daar sta je op een piratenschip in de storm. Je voelt de golf koud zeewater die over het dek en je voeten spoelt, je houdt je vast aan een mast. Misschien zing je een woest piratenlied. Dat kan allemaal, zonder dat iemand iets merkt. Dat is je eigen geheime wereld. Ik fantaseer heel veel en de verhalen komen dan ook makkelijk.
Waar haal je je inspiratie vandaan?
Bedoel je writer’s block? Daar heb ik gelukkig nooit last van gehad. Het lijkt me een vreselijke ziekte, zoiets als groene galbulten of oerwoudkoorts.
Waar ben je op dit moment mee bezig?
Aha, dat kan ik nog niet verklappen. Het is een geheim. Ik zit erop. Je mag wel even kijken. Het wordt een spannend verhaal. Je ziet, je ziet… Ergens lang, lang geleden leefde er een kind dat iets heel bijzonders zou doen. Zo bijzonder dat je het je niet kunt voorstellen gewoon. Nog even geduld. Je kunt wel al zelf iets fantaseren. Stuur me je verhalen zeker op! Ik ben nieuwsgierig naar wat jij allemaal bedenkt. Misschien schrijf je ook wel een boek. (jolien.janzing@gmail.com of kom eens kijken op Instagram of Facebook).
Heeft schrijven jouw leven veranderd?
Ik zou me het leven zonder verhalen vertellen niet kunnen voorstellen. Saa-aai! Dan zou ik geen geheime wereld meer hebben waar ik naar toe kan. Neem nou mijn kinderboek over Atta in de oertijd. Op een moment dat ik verdrietig was of me verveelde of gewoon even zin had om ergens anders te zijn, kon ik naar haar wereld toe. Dan mocht ik mee op mammoetenjacht of met de Neanders rond het kampvuur dansen. Het leven is zoveel leuker als je schrijft. Je moet het echt eens proberen. Wat zeg je? Ben je te jong? Nou, baby’s van twee maanden kunnen anders al heel leuk liggen fantaseren in hun wiegje, spelend met hun vingertjes. Of ben je te oud? Dat is nonsens hoor. Ik ben ooit op de thee geweest bij Barbara Cartland, een beroemde schrijfster. Ze heeft meer dan 500 boeken geschreven en schreef nog toen ze bijna honderd jaar oud was.
Welke tips heb je om kinderen aan het lezen te krijgen?
Eerst en vooral moeten ze de smaak van het luisteren naar verhalen te pakken krijgen. Ik vertelde mijn kinderen verhalen die ik zelf verzon. Toen mijn zoon klein was, vond hij het niet leuk als ik ging werken en hem bij de oppas liet. Dus nam ik mijn verhaaltjes op met een cassetterecorder zodat hij er naar kon luisteren als ik weg was. Later schreef ik verhaaltjes voor mijn zoon en mijn dochter, zoals ‘Sara zonder puntje’, over een meisje dat geen puntje aan haar tong had, en ‘De Tunnelmonstertjes’, die aan het plafond van elke tunnel hingen en hun tong uitstaken als je er met de auto onderdoor reed. Toen mijn kinderen wat ouder waren, gingen ze eigenlijk vanzelf lezen. Mijn dochter en ik hebben samen ‘Alleen op de wereld’ gelezen, de oorspronkelijke dikke versie. ’s Avonds gezellig in bed. Afwisselend ik een stuk en zij een stukje. Mooie herinneringen zijn dat.
Wist je dat…
… de wereld van ‘Atta’ echt heeft bestaan zo’n 40.000 jaar geleden. Als je op de landkaart voorin het boek kijkt, zie je de namen van de landen en zo staan. Die heb ik wel veranderd. Doggerland, een strook land tussen de Nederlandse en de Belgische kust en Engeland waar je overheen kon lopen, heb ik Modderland genoemd. En de Noordzee is de Grote Zee in ‘Atta’.
… Atta eigenlijk een beetje verliefd was op twee jongens in het verhaal? Op Okon, een jongen van haar stam, en op Noz, een Neanderjongen.
… ik de oma ben van Blue, mijn kleinhond? Weet je niet wat kleinhond betekent? Dat is de hond van een van je kinderen. Ik heb het woord zelf verzonnen, want het bestond nog niet. Blue is trouwens niet blauw, maar heeft een prachtige zwarte vacht.
… ik in Antwerpen woon, maar ook in Portugal aan de woeste oceaan. Er is trouwens ook een grot.
… mijn oudste broer ooit in zee verstoppertje heeft gespeeld met een octopus. Echt gebeurd!
Wat is de allerleukste reactie die je ooit van een lezer hebt gekregen?
Op de voorstelling van ‘Atta’ kwamen de kinderen verkleed als Atta uit de oertijd. Compleet met wolvenvacht, botjes in hun haar en een knots. Heel stoer allemaal. Een van hen had ‘Atta’ al gelezen en begon het Neanderlied te zingen.
‘Stamp maar rond,
rond het vuur,
’t leven is zoet,
en soms ook zuur,
klap in je handen,
en spuug in het hand,
wij zijn Neanders
en dit is ons land!’
En toen waren we ineens allemaal Neanders en dansten we rond een denkbeeldig kampvuur.
***
Trailer Bing Video’s
Voorlezen Bing Video’s
Podcast Bing Video’s
Heel leuk interview van een prachtige veelzijdige schrijfster. Al haar boeken zijn uiterst geslaagd en de moeite waard om te lezen. En met Atta heeft zij nu ook vele kinderharten veroverd. Grote klasse!!